Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De kinderen van Amram waren Aaron en Mozes. Aaron nu werd afgezonderd, [22]dat hij heiligde [23]de allerheiligste dingen, hij en zijn zonen, tot in eeuwigheid, om te roken voor het aangezicht des HEEREN, om Hem te dienen en om in Zijn Naam tot in eeuwigheid [24]te zegenen. 22. Te weten, om de heilige dingen heiliglijk te mogen behandelen en bedienen, waartoe dezelve van God geheiligd en verordineerd waren; onder deze heilige dingen kan men verstaan de beide altaren, de tafel, den gouden kandelaar, de ark des verbonds, enz.; wanneer iemand anders dan de priesters deze dingen aanroerde, zo wordt gezegd dat die dingen veronreinigd of ontheiligd werden. 23. Hebreeuws, de heiligheid der heiligheden. 24. Zie den vorm van zegening, Num.6:24.